Wildplukken


Hoewel ten tijde van dit schrijven de zon volop schijnt en de temperatuur zomers aanvoelt, was het tot half juni koud en regenachtig. In de nieuwsbrief stond dat er weer een wildplukavond zou zijn. Vorig jaar kon ik spijtig genoeg niet en deze keer wilde ik zo graag, dat ik tegen mijn man zei: ‘Ook al stormt
en regent het, dan nog hoop ik dat het doorgaat.’ Mijn man knikte mij bemoedigend toe. Want iedere keer als ik over de weg naar de slagboom loop valt me op hoeveel plantensoorten er in de berm staan. Van sommigen weet ik dat ze eetbaar zijn. Onze kleinkinderen rennen vaak meteen
het land in om te kijken of er nog weegbree is. Dat is er gelukkig altijd in veelvoud. Het samen snijden van de groenten. Het op de vuurplaats maken van vuur. De pan aanhangen aan de speciaal daarvoor gemaakte driepoot. En dan de zelf geplukte weegbree toevoegen aan de soep. Het is iedere keer een feestje en een prachtig manier om ze de op deze manier de kracht van de natuur bij te brengen.

Op 14 juni was het koud en het regende. Beteuterd hield ik weeronline bij en bleef maar staren naar buienrader. Vroeg in de avond leek het er toch echt op dat het droog zou worden. Het geluk was met me. De wildpluk avond ging door!
Rond zevenen stonden we met zes mensen klaar om kennis op te doen. De opkomst was dit jaar, zo hoorde ik, wat karig in tegenstelling tot het vorige jaar. Dat was wat jammer omdat er altijd weer meer te leren is. We begonnen met een quiz. Plaatjes van planten die herkenbaar waren, maar waar de naam niet direct bij stond. Hondsdraf, klein springzaad, brandnetel, bonte gele dovenetel,
paardenbloem, Roberts kruid, zevenblad, braam, vlier, kleefkruid, look-zonder-look en nagelkruid. Natuurlijk had ik ze niet allemaal goed. Maar iedereen was wel meteen alert. Al deze namen groeienop Buitenlust en dit is nog bij lange na niet alles. Al deze planten zijn eetbaar en ze hebben ook nog een specifieke werking op een aandoening.

Na de quiz togen we naar buiten. De regen was nu echt opgehouden. Door de bomen scheen een waterig zonnetje wat de druppende bomen een magische uitstraling gaf. We stonden nog maar een paar meter buiten en in de berm van Binnenlust stonden al zeker zes planten die we net geleerd hadden. Elizabeth vertelde de werking. Maar ze vertelde natuurlijk eerst dat je met respect met de planten moet omgaan. Het zijn inkoppertjes maar je plukt uiteraard niet alles. We zijn hier als mensen niet alleen op de aarde. Je vernielt niets en plukt echt alleen wat je nodig hebt. Zo is de bonte gele dovenetel niet alleen een prachtige bodembedekker maar kun je de blaadjes ook heel goed als een toekruid in de salade doen of een paar in de soep. Als thee werken ze ontgiftend, bloedzuiverend en ontstekingsremmend en de bloemetjes zijn ook eetbaar. Hoe vrolijk is dat.

Van zevenblad kun je prima een stamppot maken en de paardenbloem is een plant die zo vol vitamines en mineralen zit dat je echt niet begrijpt waarom wij deze prachtige bloem als onkruid zien. Nog los van de enorme aantrekkingskracht op de bijen en de vlinders. Nu kan ik wel alles verklappen,
maar het zien, ruiken en proeven kortom het ondergaan is echt anders dan het lezen. Elke stap was er wel iets te proeven. Elke stap werden we wijzer en werd de schoonheid groter van de diversiteit op ons Park.

Wat een prachtig initiatief van Elizabeth. Ik hoop uit de grond van mijn hart dat er nog een keer een vervolg is. Mijn hoofd zit nog lang niet vol met alle plantenkennis. Een stamppot zevenblad is al uitgeprobeerd en smaakt heerlijk.

Liefs Moniek